Opleiding: Sensomotorische ontwikkeling

Opleiding “De sensomotorische ontwikkeling”  

Bewegen is de basis van alles wat een kind gaat leren. Vanaf zijn prille begin beweegt het kind en doet het ervaring op over zichzelf en de wereld om zich heen. Dit ervaren en bewegen noemen we de sensomotorische ontwikkeling: de motorische en de zintuiglijke ontwikkeling.

Vooral in het eerste levensjaar van een kind wordt er veel ervaring opgedaan in de motorische ontwikkeling. Het is van groot belang dat een kind de fasen in de motorische ontwikkeling goed doorloopt omdat het de basis legt voor zijn verdere ontwikkeling.

 

Dagdeel 1 en 2: Voorwaarde voor de motorische ontwikkeling: de reacties

Zelfvertrouwen is één van de belangrijkste voorwaarden die we stellen om kinderen zich optimaal te laten ontwikkelen. Zelfvertrouwen kan een kind alleen opbouwen als het zichzelf, zijn eigen lichaam, kan vertrouwen. Dit leert het kind door bewegen. Vanaf de geboorte heeft het kind reacties meegekregen, automatische bewegingen die het beschermen tegen pijn en valpartijen. Deze reacties moet het kind vanaf zijn geboorte eindeloos oefenen, en in onze tijd wordt dit te weinig gedaan. Het gevolg is dat veel kinderen onzeker zijn, veel vallen, niet buiten durven te spelen, aan de kant blijven staan als andere kinderen zich vermaken.

Er is veel angst dat kinderen iets overkomt en daarom proberen wij de omgeving zo veilig mogelijk te maken. Dit kan echter leiden tot een schijnveiligheid, als we een kind niet leren zijn eigen lichaam te oefenen om zichzelf te beschermen (d.m.v. de reacties).

  • Welke reacties zijn het, en wat is er voor nodig om deze te ontwikkelen?
  • Welke activiteiten kun je kinderen van alle leeftijden aanbieden om deze reacties te oefenen, zowel binnen in de ruimte, een oefenruimte als buiten?
  • Welke dagelijkse handelingen zijn voor kinderen hierin belangrijk.

 

Dagdeel 3: De motorische ontwikkeling

Bewegen is de basis van alles wat een kind gaat leren. Vanaf zijn prille begin beweegt het kind en doet het ervaring op over zichzelf en de wereld om zich heen. Dit ervaren en bewegen noemen we de sensomotorische ontwikkeling: de motorische en de zintuiglijke ontwikkeling.

Vooral in het eerste levensjaar van een kind wordt er veel ervaring opgedaan in dit ontwikkelingsgebied. Het is van groot belang dat een kind de fasen in de motorische ontwikkeling goed doorloopt omdat het de basis legt voor zijn verdere ontwikkeling.

We gaan met elkaar kijken hoe de fasen van de motorische ontwikkeling eruit zien. Zo leren we bewust kijken naar het bewegen van zuigelingen, peuters en oudere kinderen. Zo kunnen we elkaar ook ideeën geven over spelletjes en activiteiten die de kinderen kunnen steunen in hun ontwikkeling.

Zo wordt spelen met kinderen niet alleen plezier maar ook een boeiende ondersteuning voor de rest van hun leven.

 

Deze 3 dagdelen worden afgerond met het maken van een opdracht: motorische observatie.

 

Dagdeel 4: Ontwikkeling van het ritme

Een voorwaarde voor kinderen om zich goed te kunnen ontwikkelen is dat zij in hun eigen ritme mogen zijn en zo de wereld om zich heen kunnen ontdekken. Ze zijn dan in evenwicht en voel zich lekker in hun vel. In onze tijd worden de kinderen in een heel hoog tempo meegevoerd, waardoor zij niet de mogelijkheid krijgen in hun eigen ritme te komen.

Dit continue uit ritme zijn heeft een hoge prijs bij kinderen: ze zijn heel moe, hebben concentratie problemen, zijn snel geïrriteerd en hebben veel klachten t.a.v. hun gezondheid.

Het volgen van een dagritme op de groep is daarom een essentiële voorwaarde voor kinderen om zich veilig te voelen en zich te kunnen ontwikkelen.

Waarom is ritme zo belangrijk, en op welke wijze kunnen we activiteiten of spelletjes aanbieden om hierin te ondersteunen? Hoe kunnen we kinderen helpen om in hun eigen ritme te komen en te blijven, zodat ze de mogelijkheid hebben om optimaal te kunnen ontwikkelen?

Bij het samenstellen van een groep is het van belang om met het ritme van de verschillende kinderen rekening te houden.

 

Dagdeel 5: Verschil tussen de ontwikkeling van jongens en meisjes.

Jongens en meisjes zijn verschillend, niet alleen lichamelijk, maar ook emotioneel, sociaal, cognitief en sensomotorisch.

  • Welke verschillen tussen jongens en meisjes worden ervaren in het werkveld?
  • Wat is de reden van de verschillen tussen jongens en meisjes?
  • Welke consequenties heeft dit voor alle ontwikkelingsgebieden?
  • Wat hebben jongens nodig om te kunnen ontwikkelen, en ook om tot een eigen identiteit te komen?
  • Welke spelen en activiteiten bieden jongens de beste mogelijkheden om zich te ontwikkelen?
  • Hoe bied je deze activiteiten aan?
  • Hoe kun je als leidster kijken naar jongens?

 

Dit programma wordt aangepast aan de leeftijdsgroep, waarmee de deelnemers werken.

 

Dagdeel 6: Zintuiglijke ontwikkeling

De zintuigen stellen ons in staat om onze buitenwereld waar te nemen.

Om via de zintuigen de wereld te ervaren is er tijd en aandacht nodig om de prikkels tot je te laten komen en ze te verwerken. De zintuiglijke ontwikkeling is heel belangrijk in de sensomotorische ontwikkeling, waarbij bewegen en ervaren een belangrijke samenwerking hebben.

Maar de zintuiglijke ontwikkeling vormt ook de basis voor de cognitieve ontwikkeling.

De eerste 7 jaren van het leven van een kind zijn essentieel voor de latere ontwikkeling op de basisschool. Kinderen moeten in die jaren via de zintuigen ervaringen hebben opgedaan om deze om te kunnen zetten in kennis.

In onze tijd krijgen de kinderen te weinig rust en tijd om hun zintuigen goed te kunnen gebruiken en de gevolgen zijn zichtbaar op de basisschool.

Welke zintuigen hebben we, en op welke wijze kunnen we ze gebruiken?

(het zicht, het gehoor, de reuk en de smaak, het voelen, de vestibulaire en posturale zintuigen)

Wat is er voor nodig om de zintuigen positief te prikkelen?

Wat zijn de gevolgen als een kind zijn zintuigen niet optimaal heeft kunnen gebruiken?

Welke spelletjes en activiteiten vergroten het gebruik van de zintuigen?

 

Beoogde leereffecten van de opleiding:

Kennis:

–          Inzicht in de fasen van sensomotorische ontwikkeling en inzicht in het belang/waarom van het doorlopen van al deze fasen door een kind.

–          Het signaleren van een onvoldoende of afwijkende sensomotorische ontwikkeling.

Vaardigheden:

–          Kinderen kunnen uitdagen in hun sensomotorische ontwikkeling en daarin voorwaardenscheppend bezig zijn.

–          Kinderen gericht activiteiten aan kunnen bieden, ingebed in het dagelijks handelen, die aansluiten op de ontwikkeling van elk kind afzonderlijk.

–          Observeren en conclusies trekken.

 

Aantal deelnemers:  20

 

Locatie: op locatie van de organisatie die de opleiding aanvraagt

 

Doelgroep: Opleiding voor pedagogische medewerkers, leerkrachten en leidinggevenden.

 

Werkwijze:

Naast theoretisch kennis zal veel door eigen ondervinding worden aangeboden. Zelf bewegen en ervaren wat kinderen beleven krijgt een belangrijke plaats. In groepjes wordt de theorie vertaald naar de praktijk in activiteiten.

 

Materialen:

De trainer gebruikt een flap-over, en andere materialen worden door haar meegebracht.

 

Cursusmateriaal:

Na de workshop wordt een hand-out uitgedeeld, geschreven door de trainer. Ook is er de mogelijkheid om het boekje over dit onderwerp aan te schaffen bij de trainer i.c. “De motorische ontwikkeling ” en “De zintuiglijke ontwikkeling”, à € 4,00/stuk.

 

Trainer:

Hanneke Poot – van der Windt, kinderfysiotherapeute en psychomotorisch remedial teacher. Zij is als docente werkzaam binnen de Kinderopvang en basisscholen.

Website: www.sirenevoorkinderen.nl